Neutraal en toch getroffen

Zeeland in de Eerste Wereldoorlog

Nederland was neutraal tijdens de Eerste Wereldoorlog, maar buurland België waar jarenlang een hevige strijd woedde, was dat niet. Zeeland lag maar op een kilometer of zeventig van het slagveld en je kon hier het geschut goed horen. De oorlog had veel gevolgen voor Zeeland. De grens ging dicht, er werd gesmokkeld, er waren vergisbombardementen en gigantische vluchtelingenstromen. Zeeland moest aan de bak om door deze zware tijd te komen.

Mobilisatie

Hoewel Nederland niet meevocht, hing de dreiging van oorlog wel constant in de lucht. Militairen werden gemobiliseerd om de grenzen te bewaken. Soldaten bewaakten de grenzen en er waren divisies in de buurt van Bergen op Zoom en op Walcheren. De monding van de Westerschelde werd afgesloten voor oorlogsschepen van beide partijen. Hierdoor konden onderzeeërs Vlissingen niet bereiken en was Nederland iets veiliger. Maar het zorgde er ook voor dat niemand Antwerpen te hulp kon schieten.

Belgische vluchtelingen in Middelburg bereiden een maaltijd. Prentbriefkaart uit 1914 (Zeeuws Archief, KZGW).

Belgische vluchtelingen in Middelburg bereiden een maaltijd. Prentbriefkaart uit 1914 (Zeeuws Archief, KZGW).

Vluchtelingen

Al snel na aanvang van de oorlog kwam er een vluchtelingenstroom op gang. Honderdduizenden Belgische vluchtelingen kwamen via Zeeuws-Vlaanderen Nederland binnen. Over het algemeen werden deze vluchtelingen met heel veel goede wil en improvisatievermogen opgevangen in de hele provincie. In Bruinisse werden vluchtelingen bijvoorbeeld bij burgers en in een leegstaande herberg opgenomen en stelde men meubilair en andere benodigdheden beschikbaar. Toch legde de situatie flink wat druk op de dunbevolkte provincie en dus sprong de overheid al vrij snel bij om de opvang te coördineren. Er kwamen opvangkampen en de Belgen werden over Nederland verspreid. Ook reisde een deel van hen terug naar eigen land toen het front zich niet meer verplaatste.

Internering

Zowel Belgen als Duitsers vluchtten de grens over. Omdat Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog neutraal was, werden alle buitenlandse soldaten geïnterneerd. Ook gebeurde het vrij regelmatig dat er vliegtuigen door technische problemen een noodlanding moesten maken op het strand van Cadzand. Ook deze militairen werden geïnterneerd. De vliegtuigen werden eigendom van de Nederlandse luchtmacht.

Spionage

Zeeland was tijdens de Eerste Wereldoorlog een bijzonder interessant gebied voor spionnen. Er waren vluchtelingen van allerlei nationaliteiten. Bovendien was hier én een vaarroute naar Antwerpen én een bootverbinding naar Engeland. En dan vond je hier ook nog een Belgisch, Duits, Engels en Frans consulaat. De autoriteiten hadden hun handen vol aan meldingen over spionage.

De Doodendraad

Voor Duitsland was het aan het begin van de oorlog al duidelijk dat de grens met Nederland op slot moest. Ze wilden voorkomen dat deserteurs ervandoor gingen en dat Belgische patriotten via Nederland naar Engeland reisden om zich zo bij de strijd te voegen. En dus zetten ze in 1915 een elektrische draadversperring op: de Doodendraad. Die eiste veel slachtoffers. Deels kwam dit ook doordat men nog niet bekend was met elektriciteit. Toch bleef de grens trekken. Belgische oorlogsvrijwilligers, spionnen, smokkelaars en Duitse deserteurs probeerden het allemaal. Sommigen slaagden erin over te steken – zeker later in de oorlog waren daar trucjes voor bedacht.

De Doodendraad volgde de landsgrens en liep soms dwars door grensbebouwing heen, zoals in Clinge/De Klinge (bron: www.delcampe.net).

De Doodendraad volgde de landsgrens en liep soms dwars door grensbebouwing heen, zoals in Clinge/De Klinge (bron: www.delcampe.net).

Tegenwoordig loopt er een fietsroute langs de locaties van de Doodendraad van Knokke naar het Drielandenpunt. Daarbij kun je dus ook het Zeeuws-Vlaamse gedeelte meepakken. Bij Isabellahaven staat een monument dat herinnert aan de dodelijk versperring. Het is een abstracte voorstelling van de draad: een lijn die via lichtpunten door het landschap loopt. Meer weten? Er is ook een filmpje over de Doodendraad.

Smokkel

Waar een strenge grenscontrole is, is er smokkel en er ging dan ook op grote schaal van alles de grens over: tabak, brandstof, zeep, maar ook mensen en brieven. Het was riskant. Smokkelaars liepen het risico te worden neergeschoten en ook de Doodendraad zorgde voor veel slachtoffers. Al snel bedachten de smokkelaars daar een list op. Ze maakten een inklapbaar isolerend raam van vier plankjes dat ze makkelijk mee konden dragen.

Oorlog op zee

De oorlog werd ook op zee uitgevochten. Hoewel Nederland neutraal bleef, vielen Duitsers Nederlandse schepen aan. Doorgaans werd dan (in elk geval tot na de oorlog) ontkend dat het gebeurd was of werd gezegd dat het schip niet als neutraal te herkennen was geweest. Zo werd er bijvoorbeeld een schip van het Rode Kruis getorpedeerd.

Er waren Duitse onderzeeërs actief en het water kwam vol zeemijnen te liggen. Er liepen vissersschepen op en soms spoelden ze aan. Dat de mijnen levensgevaarlijk waren, werd niet altijd onderkend. Mensen waren uit op het metaal en probeerden dat mee te nemen. In 1914 kwamen negen mensen om het leven tijdens de demontage van drie zeemijnen bij Westkapelle. De slachtoffers liggen op het kerkhof onder de vuurtoren van Westkapelle begraven. Zie ook dit filmpje.

Begrafenis van de slachtoffers van de ontplofte mijn in Westkapelle (ZB, Beeldbank Zeeland).

Begrafenis van de slachtoffers van de ontplofte mijn in Westkapelle (ZB, Beeldbank Zeeland).

Vergisbombardementen

Tijdens de Eerste Wereldoorlog werden voor de allereerste keer vliegtuigen ingezet in de strijd. Deze manier van oorlogsvoering stond nog in de kinderschoenen. De techniek liet te wensen over en ook met de navigatie ging het vaak nog niet echt goed. Duitse en Engelse vliegtuigen schonden regelmatig het Nederlandse luchtruim en vooral de Engelsen hebben vaak bij vergissing bommen in Zeeland gedropt. Ook hierbij duurde het lang voor de Britse regering die fouten wilde toegeven. Er vielen meerdere doden en gewonden bij vergissingsbombardementen. Vooral het vergissingsbombardement waarbij zes bommen op Zierikzee vielen, richtte een ravage aan.

Verwoeste en verbrande huizen in de Molenstraat als gevolg van het abusievelijk afwerpen van zes bommen door de Engelsen (ZA, Beeldcollectie Schouwen-Duiveland).

Verwoeste en verbrande huizen in de Molenstraat als gevolg van het abusievelijk afwerpen van zes bommen door de Engelsen (ZA, Beeldcollectie Schouwen-Duiveland).

Spaanse griep

Alsof de oorlog zelf nog niet erg genoeg was, brak er tegen het einde van de Eerste Wereldoorlog ook nog een pandemie uit: de Spaanse griep. De ziekte reisde mee met militaire transporten uit de Verenigde Staten en verspreidde zich in Nederland vooral via kazernes. In Zeeland waren de eerste gemelde zieken ook militairen. Daarna sloeg de ziekte snel over op de burgerbevolking. Scholen werden gesloten om alle zieken op te kunnen vangen. In de eerste golf stierven niet veel mensen aan de griep, maar de tweede sloeg harder toe en eiste in Zeeland veel slachtoffers.

Anti-annexatiebeweging

Aan het eind van de Eerste Wereldoorlog eiste België twee Nederlandse gebieden (Zuid-Limburg en Zeeuws-Vlaanderen) op als compensatievergoeding voor geleden schade. Zo zouden ze een betere verdedigingsbuffer hebben bij toekomstige invallen en tegelijk zeggenschap krijgen over de Westerschelde. De Zeeuws-Vlaamse bevolking wilde echter veel liever Nederlands blijven en verzamelde zich in bijzonder actieve protestcomités. Deze anti-annexatiebeweging voerde allerlei acties uit en maakte een protestlied dat uiteindelijk uitgroeide tot het Zeeuws-Vlaams volkslied. De boodschap daarvan was dat Zeeuws-Vlaanderen weliswaar een landje apart was, maar wel een landje dat bij Nederland hoorde. Toen België de druk opvoerde, vonden de Zeeuwen het nóg belangrijker om te laten zien dat ze een eenheid vormden. Daarom werd ook nog het Zeeuws volkslied gemaakt. Hoe hard de bevolking ook haar best deed, ze had niks te zeggen over de uiteindelijke beslissing. Die werd in de wandelgangen tijdens de vredesbesprekingen genomen en bleek in het voordeel van de Zeeuws-Vlamingen. Hun regio mocht een landje apart binnen Zeeland blijven.