Het kruiswegdorp Zaamslag
Zaamslag mag een schoolvoorbeeld van een kruiswegdorp worden genoemd. Het dorp werd in het midden van de zeventiende eeuw gesticht in de polder met dezelfde naam. Het ontwikkelde zich rond een kruispunt van twee wegen. In een van de vier hoeken werd de kerk gebouwd.
Kruiswegdorpen (of wegdorpen) ontstonden vaak middenin de nieuwe polders die vanaf de zeventiende eeuw werden bedijkt. Een kruispunt van twee wegen of van een weg en een vaart werd als een geschikte plek beschouwd om een dorp te vestigen. Dat dit planmatig gebeurde, is zo goed als zeker.
Polder
Van een zestiende-eeuwse kaart is af te lezen dat het dorp dat eerder op de plek van Zaamslag lag ook al het karakter van een wegdorp had. Dit dorp ging verloren toen prins Maurits in 1584 de dijken liet doorsteken om het achtergelegen gebied tegen de Spanjaarden te verdedigen. De polder liep onder en werd pas opnieuw bedijkt nadat met de Vrede van Munster in 1648 een einde was gekomen aan de Tachtigjarige Oorlog. Twee jaar daarna was de Zaamslagpolder gereed.
Kruispunt
Het dorp Zaamslag kwam centraal in de nieuwe polder te liggen op de kruising van de twee belangrijkste wegen. Daarvoor werd een vierkant blok van 16 gemeten (circa 7 hectare) land gereserveerd. De centrale ligging had tot voordeel dat voorzieningen in het dorp, zoals kerk, school en rechthuis, voor alle inwoners van de grote polder goed bereikbaar waren. De kerk aan het Plein werd in 1658 ingewijd. Eind negentiende eeuw werd dit kerkgebouw vervangen door een nieuw.