Krulbollen

Ringrijden is de bekendste Zeeuwse volkssport, maar er zijn meer traditionele sporten waar Zeeuwen zich door de eeuwen mee hebben vermaakt. Krulbollen, bijvoorbeeld. Dit werpspel wordt in Zeeuws-Vlaanderen nog beoefend.

Krulbollers op de bolbaan in Zuidzande in 1895 (foto uitgeverij De Zilverdistel).

Krulbollers op de bolbaan in Zuidzande in 1895 (foto uitgeverij De Zilverdistel).

Het spel

Krulbollen is een werpspel. Platte ronde schijven, die aan de ene kant wat meer afgerond zijn dan aan de andere, moeten naar een staak worden gerold. Doordat de schijf niet helemaal gelijkvormig is, rolt hij met een boog. Wie de bol het dichtst naar de staak weet te rollen, wint.

De oorsprong

Krulbollen is een vrij eenvoudig spel. Het lijkt erg op andere werpspellen zoals jeu de boules, curling, bowling, koersbal en klootschieten. In de vroege middeleeuwen werden er al werpspellen gespeeld in West-Europa. Ook is bekend dat al rond 1300 het bolspel werd beoefend in Duitsland. Daarbij werden bollen en/of houten schijven naar een staak gerold of gegooid.

Krulbollen in Zeeland

Of dat Duitse spel exact hetzelfde was als het huidige krulbollen is niet bekend, maar er is wel een mogelijke link tussen Duitsland en de Zeeuwse variant van het spel. Er zijn bij een opgraving van een veertiende-eeuwse beerput bij het Van de Perrehuis in Middelburg meerdere krulbollen gevonden. Ze zien er een beetje uit als kleine kazen met een diameter van 10,5 centimeter. Het is niet te achterhalen van wie deze krulbollen zijn geweest, maar wel is bekend dat de beerput zich op het terrein van het Duitse Huis bevond – dat was een geestelijke ridderorde uit Duitsland. Het zou kunnen dat zij het spel hebben meegenomen naar Middelburg. De krulbollen zijn opgeslagen in het Zeeuws Archeologisch Depot.

Zes laatmiddeleeuwse krulbollen, waarvan verschillende met een dobbelsteen (Erfgoed Zeeland).

Zes laatmiddeleeuwse krulbollen, waarvan verschillende met een dobbelsteen (Erfgoed Zeeland).

Vernielingen

Hoewel krulbollen nu doorgaans wordt beoefend door brave burgers, is dit vroeger niet altijd het geval geweest. De autoriteiten in de middeleeuwen en renaissance waren er niet al te enthousiast over en probeerden het spelen te verbieden. Gooi- en werpspellen wilden nogal eens uit de hand lopen en dat leidde dan tot vernielingen bij kerken, kerkhoven en (al dan niet door kwade opzet) wilden de ramen van openbare gebouwen en huizen van welgestelden ook nogal eens sneuvelen.

Krulbollen nu

De laatste paar honderd jaar zijn de regels en de puntentelling van het krulbollen versimpeld en toen er in de negentiende eeuw verenigingen werden opgericht, zijn ze ook gestandaardiseerd. Zo zijn er nu afspraken over het gewicht en de grootte van de bol, de lengte van de baan, de afstand waarvandaan gespeeld moet worden, de samenstelling van de teams en de puntentelling. De sport wordt tegenwoordig grotendeels beoefend in Zeeuws-Vlaanderen en in Meetjesland in Oost-Vlaanderen. In Zeeland zijn er bolclubs in Aardenburg, Breskens, IJzendijke, Oostburg, Philippine, Sas van Gent en Waterlandkerkje. Sinds 2012 staat de sport op de nationale inventaris immaterieel cultureel erfgoed en in 2013 werd de Nederlandse Krulbol Federatie opgericht. Daarmee lijkt de toekomst van deze sport weer wat zekerder. Tegelijk kan aanwas van nieuwe leden een uitdaging zijn. Het is bij uitstek een gezelligheidssport en als nieuweling moet je niet alleen het krulbollen leuk vinden, maar ook het clubje mensen waarin je terechtkomt.