De Onze-Lieve-Vrouwekerk in Veere als militair hospitaal

Reeds van verre is de enorme Onze-Lieve-Vrouwekerk in Veere zichtbaar. Dichterbij gekomen maakt het gebouw een gevangenisachtige indruk. De grote laat-gotische vensters zijn niet gevuld met traceerwerk waarin glas-in-lood ramen zijn gevat. In plaats daarvan zijn de openingen opgevuld met baksteen waarin rechthoekige vensteropeningen zijn uitgespaard. Zowel aan de buitenkant als aan de binnenzijde van de kerk is duidelijk zichtbaar dat het gebouw in de loop der tijd veel heeft geleden. Storm, brand, oorlog, niets bleef de kerk bespaard.

De Grote of Onze-Lieve-Vrouwekerk in Veere, circa 1970 (ZB, Beeldbank Zeeland, foto A. van Wyngen).

De Grote of Onze-Lieve-Vrouwekerk in Veere, circa 1970 (ZB, Beeldbank Zeeland, foto A. van Wyngen).

Zeeuwse koortsen

In september 1809 werd tijdens de Engelse landing op Walcheren ook de Onze-Lieve-Vrouwekerk gebombardeerd. De kerk werd vervolgens door de Engelsen in gebruik genomen als kazerne en hospitaal. Dit laatste was wel nodig want als gevolg van de beruchte Zeeuwse koorts werden veel soldaten ziek.

Paardenstalling

Nadat de Engelsen in december van hetzelfde jaar weer waren vertrokken, kwam het gebouw in Franse handen. De Fransen verbouwden de kerk vervolgens tot paardenstalling en hospitaal. Het interieur werd geheel verwijderd, de gotische ramen werden grotendeels dichtgemetseld en er werden vier vloeren in het gebouw gelegd. De vele Franse soldaten die in het hospitaal zijn gestorven, liggen begraven in de nabijgelegen Kattepolder.

Werkhuis

Na het vertrek van de Fransen in 1814 kwam de voormalige kerk van 1823 tot 1829 in gebruik als werkhuis voor bedelaars. Ten tijde van de afscheidingsperikelen met Belgiƫ werd het gebouw van 1823 tot 1829 weer hospitaal, maar nu voor het Nederlandse leger.