Emigratie vanuit Zeeuws-Vlaanderen

De meeste landverhuizers die vanuit Zeeland naar elders trokken, kwamen uit Zeeuws-Vlaanderen. Ze verlieten huis en haard vanwege hun geloofsovertuiging, later vanwege economische omstandigheden die tot grote armoede leidden.

Afgescheidenen

De eerste emigranten uit Midden-Zeeuws-Vlaanderen kwamen uit de afgescheiden gemeenten van de Nederlands Hervormde kerk van Axel, Terneuzen, Hoek en Zaamslag. Zeeuws-Vlamingen gingen in de VS bij voorkeur naar de staten Wisconsin en Iowa.

Het huis van Izaak Louwers in Garrafao, district Espirito Sancto, VS, circa 1960 (ZB, Beeldbank Zeeland).

Het huis van Izaak Louwers in Garrafao, district Espirito Sancto, VS, circa 1960 (ZB, Beeldbank Zeeland).

Het gebied leverde van de gehele provincie de meeste landverhuizers. Van alle Zeeuwen die tussen 1839 en 1918 naar Amerika emigreerden, kwamen er 14.000 of 44 procent uit Zeeuws Vlaanderen. Uit plaatsen zoals Cadzand, Zuidzande, Retranchement en Nieuwvliet vertrok in sommige decennia wel een vijfde deel van de bevolking.

Hard werken

De kersverse emigranten moesten met het hele gezin hard werken en amerikaniseerden snel. Anderzijds werden de emigranten meestal omringd door bekenden en werd bijvoorbeeld tot in de nieuwe woonplaats de Ter Neuzensche Courant gelezen. In die krant stonden dan ook regelmatig reisaanbiedingen voor Canada en Noord-Amerika.

Na 1880 kwam ook de landverhuizing uit de rooms-katholieke gemeenten Koewacht, Sas van Gent, Westdorpe en Zuiddorpe op gang. Die overtrof zelfs die van de protestantse gemeenten.

Crisis

In totaal vertrokken in de jaren 1839-1900 ongeveer duizend emigranten uit de regio Midden-Zeeuws-Vlaanderen. De redenen waren niet langer van godsdienstige aard. Het vertrek was ook het gevolg van de economische omstandigheden, veroorzaakt door de landbouwcrisis. Die duurde van 1880 tot 1895.

Een schoolgebouw met kinderen in de plaats Shappa Maliam, omstreeks 1973, waar diverse West-Zeeuws-Vlaamse emigranten terechtkwamen (ZB, Beeldbank Zeeland).

Een schoolgebouw met kinderen in de plaats Shappa Maliam, omstreeks 1973, waar diverse West-Zeeuws-Vlaamse emigranten terechtkwamen (ZB, Beeldbank Zeeland).

Axel, Sas van Gent, Zaamslag en Terneuzen

Hoewel de cokesfabriek en nijverheid in Axel meer werk opleverden dan de omringende gemeenten, was er toch voor een vijftigtal inwoners reden tot emigratie. In Sas van Gent was eind negentiende eeuw al enige industrialisatie te vinden. Het stadje toonde een bevolkingstoename van 1.595 naar 2.603 inwoners in de periode 1900-1920. Toch vertrokken ook hier 50 emigranten; voornamelijk naar de staten New Jersey en Illinois in de VS. Uit Zaamslag kwamen vooral emigranten uit de landbouwsector. Terneuzen leverde de grootste groep emigranten, namelijk 273, vooral welgestelde mensen.

Vlas en mosselen

De inwoners van Koewacht vulden hun inkomen uit de landbouw vaak aan met vlasnijverheid. Veel jongeren trokken in de wintermaanden echter naar Noord-Holland of Duitsland voor werk. Na de Eerste Wereldoorlog steeg het aantal emigranten naar de VS omdat veel Belgen werk in de vlasnijverheid overnamen.

De vissersplaats Philippine daarentegen kende amper emigratie. Eind negentiende eeuw ging het goed met de mosselvisserij en was daar volop werk te vinden.