Emigratie vanuit Walcheren en de Bevelanden

Vanuit alle hoeken van Zeeland vertrokken in de negentiende eeuw mensen naar de Verenigde Staten van Amerika. De redenen voor vertrek zijn evenals de aantallen emigranten verschillend voor de afzonderlijke regio’s. Zuid-Beveland leverde een kwart van alle Zeeuwse emigranten in de periode 1839-1918. De emigratie vanuit Walcherse dorpen daarentegen bleef beperkt.

Aardappelen rooien op Zuid-Beveland, circa 1905 (ZB, Beeldbank Zeeland).

Aardappelen rooien op Zuid-Beveland, circa 1905 (ZB, Beeldbank Zeeland).

Emigratie uit Zuid-Beveland

In de jaren 1839-1918 leverde Zuid-Beveland een kwart van alle Zeeuwse emigranten. Zuid-Bevelanders gingen bij voorkeur naar Michigan. In de jaren tachtig en negentig van de negentiende eeuw verviervoudigde de emigratie onder invloed van een nieuwe landbouwcrisis. Toen emigreerden circa vierduizend Bevelanders.

Cornelis de Smit

De keuze om te emigreren werd flink gestimuleerd door de Wissenkerkse wethouder Cornelis de Smit. Hij reisde in 1881 drie maanden door de VS en constateerde dat hardwerkende mensen er een goed bestaan konden opbouwen. Na terugkomst hield hij lezingen en maakte hij een brochure. In 1882 vertrok de hele familie De Smit met kinderen en kleinkinderen, 38 in getal, naar Kalamazoo in Michigan.

Niet alle emigranten kwamen goed terecht, zo blijkt uit dit bericht in de Zierikzeesche Nieuwsbode van 17 december 1846 (ZB, Krantenbank Zeeland).

Niet alle emigranten kwamen goed terecht, zo blijkt uit dit bericht in de Zierikzeesche Nieuwsbode van 17 december 1846 (ZB, Krantenbank Zeeland).

Kettingemigratie uit Walcheren

Ofschoon het Kanaal door Walcheren en de spoorlijn tot Vlissingen in 1872 en 1873 gerealiseerd waren, bleef Walcheren een geïsoleerd gebied. De meeste emigranten hadden al contacten in de VS. Familieleden lieten hen overkomen. Zodra er genoeg was verdiend, betaalden ze de reissom terug. Dit wordt kettingemigratie genoemd.

Vanuit de Walcherse dorpen werd er weinig geëmigreerd. De meeste mensen vertrokken vanuit Vlissingen en Middelburg. Circa twee derde van de emigranten was arbeider of ambachtsman in de stad.

Westkapelle

Wel emigreerden een groot aantal inwoners van Westkapelle. In de jaren 1842-1847 vertrokken er 70 – veelal familie – in vijf lichtingen. In de periode 1880-1900 gingen er zelfs 191 emigranten. Er was toen ook een agentschap in Westkapelle. Bij A. Dekker kon een ticket Westkapelle-Sheboygan worden gekocht. Dit ticket was inclusief de tramreis naar Middelburg, de treinreis naar Rotterdam, de bootreis naar New York en de treinreis naar Sheboygan (Wisconsin).

De meeste Walchenaren vestigden zich in een plaats waar al meer dorps- en stadsgenoten woonden. Naast Sheboygan (Wisconsin) waren dat bijvoorbeeld Rochester (New York) en Grand Rapids (Michigan).

Literatuur

J.S. Dobbelaar, Zeeuwse emigranten naar de Verenigde Staten van Noord-Amerika (2 delen), uitgave Nederlandse genealogische vereniging afdeling Zeeland, 1990-1991.
Enne Koops, Luctor et emigro, artikelen in: Nehalennia 153-155 (2006-2007).
Hans Krabbendam, Exodus naar de Nieuwe Wereld: Ellis Island en de Zeeuwen in Amerika, Middelburg 1997.
Hans Krabbendam, Vrijheid in het Verschiet; Nederlandse emigratie naar Amerika, 1840-1940, Hilversum 2006.
Nehalennia, themanummers over emigratie vanuit Zeeland naar Amerika: 114 (1997) en 137 (2002).
Robert P. Swierenga, Faith and family; Dutch immigration and settlement in the United States, 1820-1920, New York 2000.
Robert P. Swierenga, For food and faith; Dutch immigration to Western Michigan, 1846-1960, Holland (Mich.) 2000.