Jacob Hobein redt de Nederlandse vlag

De matroos Jacob Hobein verwierf roem toen hij een sloep op de Schelde wist te bereiken die in handen van Belgische opstandelingen dreigde te vallen. Volgens de overlevering haalde hij de Nederlandse vlag van boord en bracht hij deze onder hevig geweervuur veilig terug naar een Nederlands marineschip.

Jacob Hobein werd geboren in Den Haag op 8 januari 1810. Al op dertienjarige leeftijd trad hij in dienst van de marine. In 1830 werd hij bevorderd tot matroos 2e klasse. Een jaar later verrichtte hij zijn heldendaad. Dat was in de tijd na de Belgische Opstand, toen België zich wilde afscheiden van Nederland. Hobein voer in die jaren veel op marineschepen op de Westerschelde.

Portret van Jacob Hobein door Jan Willem Pieneman, 1832 (Rijksmuseum Amsterdam).

Portret van Jacob Hobein door Jan Willem Pieneman, 1832 (Rijksmuseum Amsterdam).

Sloep en vlag

Op 19 maart 1831 bevond hij zich op een kanonneerboot in de wateren tussen Biervliet en Philippine. Daarbij lagen ook enkele andere schepen. Belgische opstandelingen leken zich meester te gaan maken van een sloep met de Nederlandse vlag. Twee Nederlandse manschappen ondernamen een poging om dit te voorkomen, maar die mislukte. Daarop werd Hobein gevraagd om de sloep terug te halen. Hij aarzelde niet, ging te water, kwam nog even terug om zijn broek uit te doen, bond zijn zwarte doek stijf om zijn lichaam en ondernam toen een nieuwe poging. Hij kreeg de sloep aan de achterkant te pakken, klom er in en haalde het touw binnenboord. Vervolgens voer hij de sloep met de vlag terug naar de kanonneerboot. Daar werd hij met een driewerf hoera verwelkomd. Hobein werd beroemd vanwege het redden van de vlag. Maar volgens het verslag dat hij zelf over zijn heldendaad schreef en dat zich nu in het Gemeentearchief Vlissingen bevindt, bracht hij dus ook de sloep terug.

Hulde

Het was zes weken na het bravourestuk van Van Speijk, die voor Antwerpen zijn kanonneerboot tot ontploffing had gebracht. Ook Hobeins huzarenstukje werd als toonbeeld van moed en vaderlandsliefde ten voorbeeld gesteld aan de Nederlandse troepen. Om zijn dapperheid werd hij beloond met de Militaire Willemsorde. De bijbehorende medaille wordt bewaard in het Zeeuws Maritiem MuZEEum. Daar bevinden zich ook enkele huldeblijken en geschenken die hij van burgers en verenigingen ontving. De Rotterdamse Stedelijk Vrijwillige Schutterij en een Amsterdams leesgezelschap schonken hem elk een zilveren tabaksdoos, de ‘ingezetenen van Vlissingen’ een drinkglas op zilveren voet en het Zeemanscollege Zeemans Hoop in Amsterdam een zilveren kroes.

Het grafmonument voor Jacob Hobein aan de Koudekerkseweg in Vlissingen.

Het grafmonument voor Jacob Hobein aan de Koudekerkseweg in Vlissingen.

Grafmonument

Hobein had nog een lange carrière bij de Koninklijke Marine voor de boeg. Na zijn pensionering ging hij in Vlissingen wonen. Daar overleed hij op 10 april 1888. Op de begraafplaats aldaar kreeg hij een groots grafmonument. Marinepersoneel en loodsen zamelden er geld voor in. Het graf ligt nu in een plantsoen aan de Koudekerkseweg. Op de achterzijde van de zerk staat de tekst: ‘Hier ligt Jacob Hobein, die als matroos 2e klasse op den 19den maart 1831 onder een hevig vijandelijk geweervuur de Nederlandsche vlag uit ’s vijands hand redde, en zwemmende terugbracht aan boord der kanonneerboot no. 30.’ Daaronder is een sloep afgebeeld waarover heen de Nederlandse vlag is gedrapeerd.

Literatuur

Jacob Hobein haalde een stout staaltje uit, website Gemeentearchief Vlissingen.
Nieuw Nederlands Biografisch Woordenboek, lemma Jacob Hobein.