Balthasar de Moucheron, ondernemer op wereldschaal

door Jan Kuipers

In de persoon van Balthasar de Moucheron (1552-na 1609) verenigden zich diverse factoren die de Nederlandse en de Zeeuwse Gouden Eeuw mede mogelijk maakten: hij was deel van de Zuid-Nederlandse immigratiegolf in de late zestiende eeuw, was een zeer initiatiefrijk ondernemer en organiseerde voorcompagnieën van de Verenigde Oost-Indische Compagnie. Toch eindigde zijn leven in ballingschap en schandaal.

Antwerpen

Het ouderlijk gezin De Moucheron kwam uit Normandië. Het kwam in 1530 in Middelburg terecht, maar vertrok in 1545 naar Antwerpen, dat zich in deze jaren op het hoogtepunt van zijn eigen Gouden Eeuw bevond. Balthasar kwam na de overgave van die stad aan de Spanjaarden (1585) net als duizenden andere Zuid-Nederlanders naar het noorden. Hij vestigde zich eerst weer in Middelburg, in het latere huis van Jacob Cats aan de Lange Noordstraat (nu nr. 31), en in 1598 in Veere.

Om de Noord

Balthasar de Moucheron beraamde en financierde vanuit Zeeland de eerste Neder­landse reizen ‘om de Noord’, op zoek naar een noordelijke doorvaart naar Oost-Indië. De vaart op de Witte Zee en Moscovië was enige tijd bijna geheel in zijn handen; al in 1584 had hij een eigen factorij in Archangelsk, waar zijn broer Melchior jarenlang de scepter zwaaide. Ook nam Balthasar in 1597 nabij Newfoundland een proef met de kabeljauwvisserij. Hij bemoeide zich eveneens met de vaart op West-Afrika en beheerde zelfs enkele factorijen aan de Rode Zee en de Perzische Golf, decennia vóór andere Nederlanders daar handelsactiviteiten ontwikkelden. Hij werd de motor achter de Zeeuwse Levanthandel en zouthandel met Curaçao.

Familieportret (1563) van de familie De Moucheron (Rijksmuseum Amsterdam). Zoon Balthasar, is waarschijnlijk de jongen uiterst links voren.

Familieportret (1563) van de familie De Moucheron (Rijksmuseum Amsterdam). Zoon Balthasar, is waarschijnlijk de jongen uiterst links voren.

Voorcompagnieën

Zijn grootste bekendheid dankt Balthasar waarschijnlijk aan zijn betrokkenheid bij de voorcompagnieën op Indië, de voorgangers van de in 1602 opgerichte Verenigde Oost-Indische Compagnie of VOC, zoals de door hem opgerichte Veerse Compagnie van Verre. De voorcompagnieën waren samenwerkingsverbanden, opgezet voor één expeditie. Eén ervan droeg zelfs Balthasars naam: de Compagnie van De Moucheron, die ook nog een tweede ‘editie’ beleefde. De Moucheron was ook wetenschappelijk geïnteresseerd en een voor zijn dagen humaan persoon. Zijn lastbrief uit 1598 aan zijn kapiteins meldt: ‘het sal ons aengenaem wesen, dat alle handel geschiet sonder bloet te storten, noch sonder eenighe overlast aen de inwoonders des lants te doen; al wat ghij met vrientschap sult kunnen becommen, daer en sult geen rigeur noch gewelt toe gebruycken.

Illustere werknemers

De Moucheron was via de voorcompagnieën (mede)werkgever van illustere figuren. Zoals Joris van Spilbergen, die voor hem onder meer een lange expeditie volbracht in 1601-1604. Zijn drie schepen waren in 1602 de eerste Nederlandse bodems die Ceylon aandeden, waar Van Spilbergen betrekkingen aanknoopte met de koning van Kandy. Balthasar de Moucheron was ook de laatste werkgever van Cornelis de Houtman. Met zijn broer Frederik vertrok deze in 1598 met de twee schepen Leeuw en Leeuwin vanuit Veere. Cornelis werd het volgende jaar in Atjeh vermoord, zijn broer na 26 maanden vrijgekocht met geschenken van prins Maurits, met wie De Moucheron goede betrekkingen onderhield.

Aankomst Van Spilbergen bij de koning van Kandy, 1602. Houtsnede naar Floris Balthasarsz van Berckenrode, 1601-1604.

Aankomst Van Spilbergen bij de koning van Kandy, 1602. Houtsnede naar Floris Balthasarsz van Berckenrode, 1601-1604.

Neergang en vlucht

Diverse expedities van De Moucheron, zoals naar Brazilië en het huidige Mozambique, brachten maar weinig op, of resulteerden in verlies. Financieel raakte hij aan de grond. Door het monopolie van de nieuwe VOC kon hij zijn fortuin ook niet meer herstellen, wel kreeg hij als een soort compensatie een positie als Bewindhebber van de Kamer Zeeland van de Compagnie. Hij woonde één vergadering bij en vluchtte nadien als bankroetier het land uit.

Einde in Frankrijk?

Het stadsbestuur van Veere legde beslag op alle goederen van De Moucheron, inclusief zijn huis aan de Wijngaardstraat. De Staten van Zeeland ontzegden hem de toegang tot het gewest. Balthasar vond waarschijnlijk in Frankrijk zijn einde, nadat hij hand- en spandiensten had verleend aan koning Hendrik IV bij de vooralsnog mislukte plannen voor de oprichting van een Franse Oost-Indische Compagnie.

Literatuur

P.J. Blok, P.C. Molhuysen, Moucheron, Balthasar de, in: Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek deel 7 (1927).
Jan J.B. Kuipers, De VOC; een multinational onder zeil, 1602-1799, Zutphen 2014, 2e dr. 2016.
Balthasar de Moucheron, in: Encyclopedie van Zeeland deel II (Middeburg 1982), 349-350.
J.H. de Stoppelaar, Balthasar de Moucheron; een bladzijde uit de Nederlandsche handelsgeschiedenis tijdens den Tachtigjarigen Oorlog, ’s-Gravenhage 1901.