Domburg als badplaats en kunstenaarskolonie

Domburg was vroeg in de negentiende eeuw de eerste Zeeuwse badplaats. Welgestelde Middelburgers kwamen hier als eerste, maar al snel volgden, mede dankzij goede nieuwe verbindingen, ook gasten van buiten Zeeland. En toen namen de zaken in Domburg een hoge vlucht.

Het begin van een badplaats

Vroeg in de negentiende eeuw raakte de theorie dat zeewater een helende werking had in zwang. De eerste badplaatsen ontstonden en in Domburg werden de eerste badkuren vanaf 1833 aangeboden.

Wie het kon betalen, liet zich ’s zomers met een koetsje de branding inrijden en nam een verfrissende duik. Uiteraard wel decent gekleed. Domburg trok veel mensen van buiten de provincie. Rijke families lieten riante villa’s in de duinen bouwen. Ook werden er aansprekende toeristische faciliteiten gerealiseerd. Het Badpaviljoen bovenop de duinen bood met een veranda, biljartmaker, leeskamer, terras en damessalon alle ruimte voor vermaak op niveau. Iets meer landinwaarts werd het chique Badhotel gerealiseerd. Het Badpaviljoen is begin 21e eeuw gerenoveerd en je vindt er nu appartementen en een horecazaak met terras met uitzicht op het Domburgse strand. Het Badhotel is afgebrand en in dezelfde stijl herbouwd. Ook heeft het kuurfaciliteiten. Zo blijft Domburg ook nu nog een kuuroord.

Aan het begin van de twintigste eeuw ontdekten steeds meer toeristen het Domburgse strand, al hielden ze daarbij de kleren gewoon aan. Foto van omstreeks 1906 (ZB, Beeldbank Zeeland).

Aan het begin van de twintigste eeuw ontdekten steeds meer toeristen het Domburgse strand, al hielden ze daarbij de kleren gewoon aan. Foto van omstreeks 1906 (ZB, Beeldbank Zeeland).

Mezger en Europese adel

Begin twintigste eeuw was Domburg uitgegroeid tot een chique badplaats. De in Amsterdam geboren arts dr. Johann Mezger (1838-1909) was er al jaren een vaste gast. Hij werd bij de Europese adel beroemd om zijn ‘wetenschappelijke massage’ en zijn ‘gouden duimen’. Tegenwoordig zouden we zijn werk fysiotherapie noemen, maar destijds was het voor iedereen nieuw. Mezgers cliënten volgden hem overal waar hij ging. Tot zijn patiënten behoorden onder andere koning Gustaaf V van Zweden, tsarina Marie Fedorovna en haar dochter Olga, keizerin Elisabeth (Sis(s)i) van Oostenrijk en de Franse ex-keizerin Eugénie.

Mezger hield praktijk in de in 1887 gebouwde villa Irma tussen Domburg en Oostkapelle. Die staat er niet meer. Wel zijn er nog heel veel soortgelijke villa’s tussen de twee dorpen te zien en hartje Domburg, op ’t Groentje, staat een borstbeeld van Mezger.

Kunstenaars

Dat de kustplaats uiteindelijk ook veel kunstenaars aantrok, had behalve met het veelgeroemde ‘Zeeuwse licht’ zeker ook met de aanwezigheid van een kapitaalkrachtig publiek te maken. Vooral na de komst van Jan Toorop die graag kunstenaars met elkaar verbond, had Domburg een aanzuigende werking. Het werd een kunstenaarskolonie waar steeds meer kunstenaars ’s zomers op afkwamen: Jacoba van Heemskerck, Lodewijk Schelfhout en ook Piet Mondriaan. Daarmee werd in Domburg een Zeeuwse trend gezet. Er ontstond ook een kunstenaarskolonie in Veere en meerdere kunstenaars vestigden zich in de regio. Zo trok Charley Toorop bijvoorbeeld naar Westkapelle.

Het Badpaviljoen in Domburg in volle glorie, omstreeks 1900 (Zeeuws Archief, HTAM)

Het Badpaviljoen in Domburg in volle glorie, omstreeks 1900 (Zeeuws Archief, HTAM).

Kunst kijken

Vanaf 1908 werden er in Domburg exposities georganiseerd. Niet veel later werd er een eenvoudig en licht tentoonstellingsgebouwtje opgetrokken schuin tegenover het Badpaviljoen. Die tentoonstelling werd een vast onderdeel van de Domburgse zomer. Vooral de eerste jaren was er de internationale top op het gebied van nieuwe kunststromingen te zien. Uiteindelijk werd het gebouwtje door stormen vernield. In 1994 werd aan de Ooststraat een nieuw tentoonstellingsgebouwtje neergezet dat heel erg lijkt op het origineel. Hier kwam het Marie Tak van Poortvliet Museum. Marie Tak van Poortvliet heeft veel betekend voor de Domburgse kunstenaarskring. Ze was bijzonder kapitaalkrachtig en kocht kunst, maar verstrekte ook studiebeurzen en publiceerde artikelen over moderne schilderkunst, muziek en antroposofie. In het museum worden jaarlijks meerdere tentoonstellingen georganiseerd die ofwel een verband hebben met Walcheren, (de kunstenaars van) de Domburgse kunstenaarskolonie of kunstenaarskolonies in zijn algemeenheid.

Wil je kunst zien, dan kun je in het Marie Tak van Poortvlietmuseum dus prima terecht tijdens het toeristenseizoen. Daarnaast zijn er in Domburg veel galeries waar je rond kunt struinen. Je vindt er van alles. Van simpele plaatjes of vrolijke sieraden tot schetsen van Mondriaan of vernieuwende werken van jonge kunstenaars.

De inspiratiebronnen van de kunstwerken die in de tijd van de kunstenaarskolonie werden vervaardigd, zijn vaak ook nog te zien in Domburg en omgeving. Mondriaan schilderde de vuurtoren van Westkapelle en de molen van Domburg. Die staan er allebei nog. Hetzelfde geldt voor de bomen in de Manteling die hij zo levendig vastlegde, al zul je daar misschien even naar moeten zoeken. Ze zijn heel goed te herkennen, maar misschien wel wat lastig te vinden tussen al het andere groen.

Detailopname van de villa Carmen Sylva.

Detailopname van de villa Carmen Sylva.

Carmen Sylva

Wil je nog even wegdromen naar de hoogtijdagen van Domburg als badplaats voor de Europese elite, wandel dan ook zeker even langs het ultieme zomerhuis: Villa Carmen Sylva. Het staat centraal in de Domburgse duinen vlak bij het Badpaviljoen en je kunt er door de warme, mediterrane uitstraling die het gebouw heeft niet omheen. Het pand is rond 1885 gebouwd voor Duitse eau-de-cologne-magnaat Franz Aldenbrück von Brühl die het Villa Maria noemde. Later verkocht hij het aan zijn landgenoot Carl Erbschloe. Nadat die er koningin (en dichteres) Elisabeth van Roemenië te gast had gehad, vernoemde hij zijn villa naar het pseudoniem dat de koningin gebruikte als ze schreef: Carmen Sylva. Je kunt de villa niet betreden, maar dromen over lange zomeravonden op die heerlijke veranda aan de zeezijde van het gebouw … Dat kan natuurlijk wel tijdens een wandeling over de Domburgse duinen.