De Ankeveerse dijk

De Ankerveerse dijk, ook wel als Ankeveersedijk geschreven, ligt op Zuid-Beveland, ten noordwesten van ’s-Heer-Arendskerke, bij het gehucht Eindewege. Aan het begin maakt de dijk een bochtige kronkel en als je daar naar de kruin loopt, dan zie je een rechthoekige waterpartij die aan een oude spuikom of zelfs een haventje doet denken. Als je iets verderop een huis met de naam ’t Ouwe Veer’ûûs tegenkomt, lijken alle puzzelstukjes op hun plek te vallen.

Veerhaven

Natuurlijk: hier vertrok het veer over de Schenge, totdat in 1874 de Schengepolder werd bedijkt. De Anke(r)veersedijk moet wel naar dit veer genoemd zijn. De Perponcherpolder, die maar zo’n vijfhonderd meter naar het oosten ligt, is al in 1846/47 bedijkt, dus na die tijd zal hier zeker geen veerpont meer gevaren hebben. Graaf je nog wat verder in de historie, dan blijkt dat de naam Ankervere al in de veertiende eeuw (1395) gebezigd werd en daarmee valt het puzzeltje dat eerst zo eenvoudig leek weer aan duigen. Wat wel heel duidelijk is, is dat de dijk is aangelegd als zeedijk langs de Schenge. Dat kun je onder meer zien aan de steilte van de taluds: aan de vroegere landzijde (zuidkant) is het talud veel steiler dan aan de toenmalige zeezijde. Zo werden zeedijken alle eeuwen door vormgegeven.

Bloemdijk

Genoeg over de historie; het wordt tijd om naar de flora en fauna te kijken. De Ankerveersedijk staat bekend als een bloemdijk en planten als kruisdistel, wilde marjolein, ijzerhard, aardaker en glad walstro onderstrepen die status. Ze groeien vooral op het zuidelijke talud, waar in het voorjaar de temperatuur gunstig is voor warmte minnende soorten die kenmerkend zijn voor de dijken.

Stikstof

Tegelijk moet helaas gezegd worden dat de status van het gebied als bloemdijk echter flink onder druk staat. Dat is te wijten aan de stikstof, die met de neerslag op het dijktalud neerkomt. Stikstof minnende planten als bramen en brandnetels spinnen garen bij deze meststof en verdringen soorten die kenmerkend zijn voor de bloemdijken. Dat is een proces dat zich langzaam over een reeks van jaren voltrekt en pas ten volle in het oog springt als je floragegevens van bijvoorbeeld dertig jaar geleden met die van nu vergelijkt. Dan is het echt schrikken. De dagvlinders, wilde bijen, zweefvliegen en andere insecten die de bloemdijkplanten bezoeken gaan navenant achteruit.

Natuur

Het is een hele uitdaging om de natuurwaarden van zo’n onder druk staande bloemdijk in stand te houden. Het Zeeuwse Landschap gaat daar natuurlijk voor. Maar zolang er niet wezenlijk iets aan de uitstoot van bemestende stoffen gedaan wordt, blijft het een beetje dweilen met de kraan open …

Bron

ZEEUWSLANDSCHAP 34 (2018) 1