Rooms-koning Willem
In de dertiende eeuw was Willem II graaf van Holland en Zeeland. Zijn rol in de internationale politiek maakte hem tot een machtig persoon. Hij bevorderde de handel en de ontwikkeling van steden in zijn graafschap. Ook was hij verantwoordelijk voor de bouw en uitbreiding van kastelen. Hij stierf jong tijdens een veldtocht.
Hollandse huis
Willem II stamt uit het Hollandse Huis. Hij werd in 1227 (of 1228) in Leiden geboren als zoon van graaf Floris IV en Machteld van Brabant. Zijn grootvader was Willem I, graaf van Holland en Zeeland van 1203-1222. Samen met gravin Johanna van Vlaanderen verleende deze in 1217 stadsrechten aan Middelburg.
Graaf van Holland en Zeeland
Na de dood van zijn vader in 1234 werd Willem officieel de nieuwe graaf van Holland en Zeeland. Vanwege zijn jonge leeftijd stond hij aanvankelijk onder regentschap (voogdij) van een oom, ook Willem genaamd. Later was een andere oom, Otto, eveneens enige tijd regent. Deze Otto was ‘bisschop-elect’. Dit betekent dat hij gekozen was tot bisschop (van Utrecht) maar nog niet benoemd. In 1239 werd Willem meerderjarig.
Koning
Op politiek gebied steunde Willem II de machtige hertog Hendrik I van Brabant. Mede dankzij hertog Hendrik kozen de keurvorsten van het Duitse Rijk Willem II als koning. Dit koningschap vormde eigenlijk een opstapje naar het keizerschap. Nadat Willem II in 1248 Aken veroverde, kroonde de aartsbisschop hem aldaar tot rooms-koning. Dat maakte hem tot koning van het Heilige Roomse Rijk (der Duitse Natie). Dit was in de middeleeuwen een andere naam voor het Duitse Keizerrijk.
Rijzende ster
Aanvankelijk had Willem II weinig succes op het politieke front. Maar zijn ster rees na de dood van keizer Frederik II in 1250. Willem slaagde erin de belangrijke steun van de paus te verwerven. Ook zijn huwelijk met Elisabeth van Brunswijk van de Duitse adellijke familie Welfen bleek een goede zet. Het huwelijk maakte een eind aan een jarenlang conflict tussen de families Welfen en Hohenstaufen.
In 1252 erkenden en kozen de meeste vorsten Willem voor de tweede maal als koning. Tot keizer van het Duitse Rijk (en dus gekroond door de paus te Rome) zou hij het echter nooit brengen.
Economie
Willem II stimuleerde de handel in zijn graafschap. Hij ging bindende relaties aan met handelslieden uit Hanzesteden. Hij gaf tolvrijheden aan kooplieden uit bepaalde buitenlandse steden en verleende soms belastingvoordelen. Ook bevorderde hij de handel over de rivieren door het verlenen van rechten en door de aanleg van sluizen.
Stadsrechten
Door het verlenen van stadsrechten, onder meer aan Haarlem, Delft en Alkmaar, bevorderde Willem de ontwikkeling van steden als handelsplaatsen. Ook breidde hij in 1254 de rechten van de stad Middelburg uit. Hij verbleef hier meerdere malen en had blijkbaar een bijzondere band met de Zeeuwse stad.
Bouwen
In Zeeland en Holland gaf Willem II opdracht tot de bouw of uitbreiding van voorname gebouwen, in het bijzonder kerken en kastelen. Hij nam bijvoorbeeld het besluit om de grafelijke hoeve (‘haga’) in Den Haag om te bouwen tot een kasteel. Van daaruit kon hij zijn gebieden efficiënt besturen. Zo begon hij in 1248 met de bouw van de Ridderzaal. Zijn zoon Floris V liet in 1280 het gebouw voltooien. Zo legde Willem II de basis voor Den Haag als bestuurscentrum.
Als graaf en rooms-koning had Willem II een hechte band met de kerk. Ook voor de bouw en vernieuwing van religieuze gebouwen was Willem II een stimulerende kracht. Zo werd de Middelburgse Onze Lieve Vrouwe Abdij onder zijn bewind in 1255 en 1256 aanzienlijk vernieuwd en uitgebreid.
Binnenlandse problemen
Politieke macht en internationale relaties waren voor Willem II erg belangrijk. Omdat hij hieraan veel tijd besteedde, had hij onvoldoende aandacht voor enkele problemen dichter bij huis. Bijvoorbeeld voor de voortdurende strijd met Vlaanderen over Zeeland Bewesten Schelde (Walcheren en Zuid-Beveland). Ook kwamen de West-Friezen in het noorden van zijn graafschap in opstand. In 1254 en 1256 ondernam Willem II veldtochten tegen de opstandelingen. Bovendien liet hij in de regio sterke kastelen bouwen (bij Heemskerk en Beverwijk).
Door het ijs
Op 28 januari 1256 waren Willem II en zijn troepen in de buurt van het West-Friese Hoogwoud. In het winterse landschap reed Willem te paard voor zijn mannen uit. Toen zijn paard door het ijs zakte, sloeg een groepje opstandelingen hem dood. Ze wisten niet dat ze de koning hadden vermoord. Toen iemand anders Willem II herkende, sprak deze volgens de middeleeuwse kroniekschrijver Melis Stoke de volgende woorden: “Wat hebdi ghedaen? Ghi hebt den coninc selve doot.” (“Wat hebben jullie gedaan? Jullie hebben de koning zelf doodgeslagen.”)
Graf
De stoffelijke resten worden uiteindelijk begraven in de Middelburgse Abdij, maar over de precieze plek van zijn graf bestaan veel raadsels.
Literatuur
E.H.P. Cordfunke, Gravinnen van Holland: huwelijk en huwelijkspolitiek van de graven uit het Hollandse Huis, Zutphen 1987.
A.W.E. Dek, Genealogie der graven van Holland, Zaltbommel 1969.
B.K.S. Dijkstra, Een stamboom in been; vier eeuwen graven en gravinnen van het Hollandse Huis, Amsterdam 1991.
Ronald de Graaf, Oorlog om Holland 1000-1375, Hilversum 2004.
P.A. Henderikx, De graven en grafmonumenten van graaf/rooms-koning Willem II en Floris de Voogd in het koor van de abdijkerk te Middelburg, in: Archief, mededelingen van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, 2014, p. 5-63.
Dirk Leendert Roth, Ene stille waerheyt van sware dingen: historische opstellen betreffende de Zeeuwse geschiedenis en haar Hollandse en Vlaamse context (1245-1305), Delft 2007.