Stoomvaart Maatschappij Zeeland (1875-1939)

Berlijn - Vlissingen - Londen

Op 25 juni 1875 werd de NV Stoomvaart Maatschappij Zeeland opgericht, met als doel het onderhouden van een geregelde veerdienst tussen Vlissingen en Engeland. De Stoomvaart Maatschappij Zeeland (SMZ) zou gedurende een periode van circa 65 jaar een zeer belangrijke werkgever voor Vlissingen en omgeving worden.

Raderboot van de Stoomvaart Maatschappij Zeeland (Zeeuws Archief, Fotocollectie Vlissingen nr. 1703).

Raderboot van de Stoomvaart Maatschappij Zeeland (Zeeuws Archief, Fotocollectie Vlissingen nr. 1703).

Een maand na de oprichting had de “feestelijke proeftocht” met een van de drie aangekochte stoomraderschepen plaats. De bedoeling was om vanaf eind juli dagelijks, met uitzondering van de zondag, de overtocht te maken. Daar de aanlegsteiger in Queenborough nog niet gereed was, werd voorlopig uitgeweken naar Sheerness. Maar ook daar was de aanlanding voor de passagiers niet ideaal. Er waren meer tegenvallers in de beginperiode. Men kon niet altijd het vastgestelde tijdstip van aankomst handhaven, waardoor men de aansluiting op de trein naar Londen misliep. Daarbij constateerde men dat de aanlegpier van Sheerness allerlei gebreken vertoonde. Financieel waren er eveneens flinke tegenvallers. Het kolenverbruik van de logge raderschepen verslond grote sommen geld. Ook de kosten voor het onderhoud en schade als gevolg van averij aan de schepen en machines rees de pan uit. Het kwam zover dat men al spoedig in acute geldnood kwam, waardoor de afvaarten vanaf half november enige maanden stil kwamen te liggen.

Station met de mailboot in de Buitenhaven (Zeeuws Archief, Fotocollectie Vlissingen nr. 24597).

Station met de mailboot in de Buitenhaven (Zeeuws Archief, Fotocollectie Vlissingen nr. 24597).

Met de uitgifte van een obligatielening kon in mei van het jaar daarop de dienst op Queenborough worden hervat met zowel passagiers als goederen. Het vervoer van vee moest nog enige tijd worden uitgesteld in verband met het plaatsen van opslagloodsen. Wel was met de Staat een overeenkomst gesloten voor het vervoer van brief- en pakketpost. De vaartijd Vlissingen – Queenborough was in de beginperiode bijna negen uur. Het vervoer van de brief- en pakketpost bleek een ‘gouden’ greep. Verschillende Europese landen, waaronder Duitsland en Oostenrijk, maar ook Rusland maakten gebruik van de ‘Mailboot’.

Kaart gemaakt naar een afbeelding van een affiche van de Stoomvaart Maatschappij Zeeland (Zeeuws Archief, Fotocollectie Vlissingen nr. 1702).

Kaart gemaakt naar een afbeelding van een affiche van de Stoomvaart Maatschappij Zeeland (Zeeuws Archief, Fotocollectie Vlissingen nr. 1702).

Met geld van de Staatsspoorwegen kon in 1880 kon een nieuw schip, de ‘Prins Hendrik’, worden ingezet. Daarmee kwam een directe spoorverbinding tussen Berlijn en Londen tot stand. Speciale suites in het station van Vlissingen zorgden voor de ontvangst van koninklijke personen en belangrijke regeringsfunctionarissen op hun doorreis naar Engeland. Een voordeel van dit schip was dat de vaartijd kon worden verkort van negen naar acht uur.

Dienstregeling voor de Flushing route (Zeeuws Archief, Fotocollectie Vlissingen nr. 44100).

Dienstregeling voor de Flushing route (Zeeuws Archief, Fotocollectie Vlissingen nr. 44100).

De veilige en zekere vaarweg met nieuwe schepen (Zeeuws Archief, Fotocollectie Vlissingen nr. 56972).

De veilige en zekere vaarweg met nieuwe schepen (Zeeuws Archief, Fotocollectie Vlissingen nr. 56972).

Een tweede Engelse haven moest ervoor zorgen dat de reistijd nog korter werd. Zo waren er in 1911 twee verschillende afvaarten. Een dagdienst vanuit Queenborough en een kortere nachtdienst uit Folkestone.

De oorlog 1914-1918 zorgde ervoor dat de bestemmingsplaats in Engeland nogal eens wisselde. Na Folkestone en Queenborough volgden Tilbury Docks en Gravesend bij Londen. Ondanks de oorlogshandelingen, waarbij drie schepen van de SMZ door Duitse zeemijnen uitgeschakeld werden, vervoerden de SMZ in die periode vele duizenden vluchtelingen, zowel richting Engeland als omgekeerd. In 1922 kwam het accent meer op het toeristenverkeer te liggen, waarbij de nachtdienst op Folkestone werd omgezet in een dagdienst. Op een veiling kocht de SMZ het Vlissingse Grand Hotel des Bains aan de Boulevard. Na een grondige renovatie konden toeristen daar tot 1940 terecht in het omgedoopte Grand Hotel Britannia. De bestemming was inmiddels in 1927 gewijzigd van Folkestone naar Harwich. In verband met toenemende oorlogsdreiging werd de veerdienst in 1939 gestaakt.

Buitenhaven Vlissingen met de op de achtergrond de raderstoomboot van de SMZ (Zeeuws Archief, Fotocollectie Vlissingen nr. 6666).

Buitenhaven Vlissingen met de op de achtergrond de raderstoomboot van de SMZ (Zeeuws Archief, Fotocollectie Vlissingen nr. 6666).

Vanwege de enorme verwoesting tijdens de oorlog van 1940-1945 aan de havens, kantoren en spoorverbindingen was hervatting van de dienst vanuit Vlissingen onmogelijk. Vanaf 1946 exploiteerde de SMZ de veerdienst vanuit Hoek van Holland. Daarmee was een eind gekomen aan een roemrijke periode van de veerdienst Vlissingen-Engeland, waarbij tevens een voor Vlissingen zeer belangrijke werkgever verloren ging.

Literatuur

P.W. Klein en J.R. Bruijn (red.), Honderd jaar Engelandvaart; Stoomvaart Maatschappij Zeeland, Koninklijke Nederlandsche Postvaart NV 1875-1975, Bussum 1975.
Gedenkschrift Stoomvaart-Maatschappij ‘Zeeland’, ‘s-Gravenhage 1915.