Erfgoed omarmd

Wuivende, goudgele tarwevelden omzoomd door boomdijken, met her en der een zwart geteerde boerenschuur. Dat beeld kenmerkt al eeuwenlang grote delen van landelijk Zeeland. Een landschap waar Zeeuwen terecht trots op zijn. Het verhaal van Zeeland ligt deels in het landschap verankerd. Dijken, akkers, weilanden én bebouwing horen immers bij de ontstaansgeschiedenis. De voedselrijke, opgeslibde schorren werden ingedijkt om als landbouwgrond te dienen. Op de hogere kreekruggen ontstonden de eerste nederzettingen. Nog steeds zijn daar sporen van in het landschap terug te vinden. Het cultuurhistorische erfgoed vormt, doordat het het heden met het verleden verbindt, een belangrijke drager van de Zeeuwse identiteit. Het behouden waard!

Natuur- en landschapsschoon

Sinds de oprichting in 1936 heeft Het Zeeuwse Landschap het bevorderen van het behoud van natuur- en landschapsschoon in Zeeland als doel. Hierbij hoort ook de cultuurhistorie. Zo heeft het bijvoorbeeld een groot aantal Zeeuwse vliedbergen en het koetshuis van landgoed Landlust in Heinkenszand al vele decennia in beheer. Van recenter datum zijn onder andere Hoeve Van der Meulen, de Kruisdijkschans en Hofstede Veldzicht. In toenemende mate zet Het Zeeuwse Landschap zich in voor het behoud van het landelijk gelegen cultuurhistorische erfgoed, zoals boerderijen, molens en dijkhuisjes. Deze dragen bij aan de omgevingskwaliteit en belevingswaarde van het Zeeuwse landschap.

Uitdaging: investeren en herbestemmen

Het Zeeuwse Landschap heeft flink geïnvesteerd in het behoud van monumentaal erfgoed. Zo zijn bij Hofstede Veldzicht, het ‘varkenskot’ en de ‘vetstal’ gerestaureerd. Eerder zijn onder andere Hoeve Van der Meulen en ’t Hof Waterdunen gerestaureerd en succesvol herbestemd. Stuk voor stuk erven met een lange historie en destijds een onzekere toekomst. Voortzetting van de voormalige, veelal agrarische functie was geen optie. Bovendien voldeden niet alle schuren meer aan de tegenwoordige wensen en soms ook eisen. Voor machines zijn ze nu vaak te klein, waardoor de functionaliteit beperkt is. Onderhoud vraagt bovendien veel geld, zeker bij rijksmonumenten. In dat geval vragen materiaalkeuze en werkwijze bij herstel extra aandacht. Een nieuwe bestemming ligt niet altijd voor de hand. Kortom, een flinke uitdaging.

Vangnet

De schatting is dat bijna veertig procent van de Nederlandse agrarische bedrijven vóór 2030 de deuren sluit, een ontwikkeling die ook in Zeeland gaande is. Door de doorgaande schaalvergroting en het ontbreken van erfopvolging zal de leegstand in het landelijk gebied toenemen. Lang niet al de vrijkomende boerderijen zijn cultuurhistorisch waardevol. De oudste zijn dat vaak wel en die zijn juist meestal niet aantrekkelijk voor voortzetting van een boerenbedrijf, vanwege de eerder genoemde praktische beperkingen. Met name het agrarische erfgoed is erg typisch voor Zeeland. Door het verliezen van de gebruiksfunctie en de hoge kosten voor onderhoud dreigen deze dragers van de Zeeuwse identiteit verloren te gaan. Dat is de reden dat wij ons in willen zetten dergelijke objecten te behouden. Daarvoor willen we graag de rol van vangnet spelen, dus inspringen wanneer teloorgang dreigt. Dit geldt niet alleen voor het agrarisch erfgoed, maar ook voor andere objecten, zoals de in 2012 en 2013 gerestaureerde Kruisdijkschans, een voormalige verdedigingstoren, onderdeel van de Staats-Spaanse Linie, die zwaar in verval was geraakt. En niet te vergeten de steeds meer uit het landschap verdwijnende kleine gebouwtjes, zoals veldschuurtjes en arbeidershuisjes.

Selectief

Herstel en behoud van gebouwen is erg kostbaar. Dat is ook de reden dat Het Zeeuwse Landschap niet elk object dat verloren dreigt te gaan, en te verwerven is, kan omarmen. Indien er andere partijen zijn die de zorg op zich willen en kunnen nemen, is dat prima. Behoud van het erfgoed moet de basis zijn. Wie dat doet, is van secundair belang. Ook de cultuurhistorische waarde is bepalend.

Aspecten als zeldzaamheid, gaafheid, ensemblewaarde (in hoeverre er nog authentieke bijgebouwen of grondwerken in de buurt aanwezig zijn) en niet te vergeten de landschappelijke inbedding doen mee in de afweging. Tot slot zijn er ook praktische zaken die een rol spelen, zoals een schatting van de herstelkosten en zicht op een passende en duurzame herbestemming die recht doet aan het object én middelen genereert voor toekomstig onderhoud. Alleen restaureren geeft immers geen garantie voor behoud in de toekomst; geld voor onderhoud zal altijd nodig zijn.

Niet al het erfgoed dat Het Zeeuwse Landschap beheert leent zich voor openstelling. In de excursieagenda staat welke objecten te bezichtigen zijn en wanneer. Het streven is uiteraard om onze monumenten tijdens open monumentendagen zoveel mogelijk voor het publiek open te stellen.